ze kijkt in de spiegel,
en ziet een meisje staan.
dun met allemaal botjes,
en de wind die door haar
donkere haren zal gaan.
ze schrikt en kijkt om haar heen,
niemand heeft gekeken,
niemand heeft het gezien.
een grote blauwe plek,
midden in haar gezicht.
groen en geel eromheen,
met heel goed zichtbaar,
de vingers van een grote man..
hoe komt ze er ookal weer aan?
was het van die grote man of
die kleine vervelende?
vaag komt alles weer boven,
maar ze wil het zo graag vergeten.
niemand zal het te weten komen,
niemand zal ze het vertellen.
niemand, niemand,
behalve ikzelf,
ik, die het nooit meer vergeten zal.
kon ik het maar vergeten..