Goedenavond,
wens ik u.
Voor nu, wat komen zal.
Sluit de ogen en droom.
Gesloten zijn in gezichtsbedrog
bedriegt ons telkens weer.
Van achteren vertrekt niets naar voor.
In de stille nacht verdwijnt het paar.
Dat verzwolgen zal worden door lust.
Kgeef nu toch, aan jouw.
Ik overdenk nu maar voor niets.
En ik hoop maar
dat zondag je past.
Goedenacht toegewenst.
En hier, zoen.