Mijn droom
Kijkend naar een zoveelste verwoest land,
Alles verwoest, kinderen huilend aan moeders hand..
Mannen in legerpakken rennen en schieten alles kapot,
Niet denkend aan een andermans lot..
Kinderen rennen huilend en gewond door elkaar,
Machteloos, m’n armen vastgebonden, sta ik daar..
Ik kan me niet bewegen, ze komen dreigend op me af..
Wat gebeurd er? Is dit nu mijn straf?
De huilende kinderen veranderen in dreigende soldaten,
Ik schreeuw hulpeloos dat ze me met rust moeten laten..
Plotseling is alles in een klap voorbij en lig ik in mij bed,
Intens blij, dat ik het heb gered..
Ik weet ook al was het niet echt,
Dit heeft me echt aan het denken gezet..
Ik weet, over een paar jaar, zijn die kleine kinderen die daar zaten,
Uitgegroeid tot wrede soldaten..