In stille angst kijk ik weer om naar een herinnering die mij naarmate de tijd verstrijkt zich steeds meer in zijn greep houd.
Als onder het ijs vast te zitten, verstikt door wanhoop en verdriet wat door mijn aderen vloeit als mijn grote geheim.
Gevangen tel ik af naar de dagen achter in de donkerste maand van het jaar en voel me koud.
Met woorden onder een pen kunnen beschrijven al naar wat ik hier verrijm.