Je hebt alles.
Alles wat ik had.
Je hebt het van me afgepakt.
En nu loop je me te bedreigen.
Nou ik ben het zat.
Je kan me krijgen.
Kom maar op met die rotte smoel.
Geef mijn woede maar een doel.
Je weet dat je dit gevecht niet kan overleven.
Ik hou me niet meer in.
Ik zal je al mijn woede geven.
Je weet, ik heb aan een vechtsport gedaan.
Als je me echt wil hebben, zal je mijn woede ondergaan.
Je kan me niet stoppen.
Ik zal als ik jou was maar snel afnokken.
Ik heb absoluut geen zin om me naar dit niveau te verlagen.
Maar steeds weer blijf je er om vragen.
Ik heb je gewaarschuwd blijf uit me buurt.
Want anders ben ik de gene die je naar een andere wereld toe stuurt.
Ik heb geen zin in deze zinloze oorlog.
Uiteindelijk verlies ik het toch.
Ik moet me beheersen.
Terwijl de pijn, onmacht en woede in mij heersen.
10 jaar heb ik de agressie kunnen onderdrukken.
Maar door jou…
Door jou, wilt het me steeds minder lukken.