Verdwaald in de duisternis,
Verloren in het licht.
Hopeloos in deze wereld,
Zoekt zij haar evenwicht.
Verkouden in de regen,
Verbrand in de zon.
En nu staat ze helemaal alleen,
In de volle maan, op het balkon.
Peinzend over haar leven,
Niets vermoedend van haar bestaan.
Nam zij daar een besluit,
Ze zou vertrekken, ze zou gaan.
Schokkend voor de spiegel,
Ongelovig voor het beeld.
Ze had bijna zelfmoord gepleegd,
Het had niet veel gescheeld.
Haastig rende ze naar buiten,
Wanhopig legde ze haar hand op haar borstkas.
Tranen stroomde over haar gezicht,
Hoe kon ze nou weten dat ze al dood was?
† Robin van Roekel - datum onbekend †