Mephisto
Ik heb een kist die is voorzien van zware sloten
en bovendien met spanjolet en dievenklauw.
Een kist vol kwelling en gesnauw
uit treiterij, zonder berouw,
waarmee ik hen die ‘k liefhad dikwijls heb verdroten.
Ik schopte menigeen gevoelig voor de kloten
en dreef een ander slechts uit wellust in het nauw,
zo diep, dat voor een strop van harig sisaltouw
als milde optie tot ontsnapping werd besloten.
Maar af en toe gaan als vanzelf de sloten open,
verschuift de spanjolet en schouw ik rauw het rot;
dan laat de angst het zweet in zwarte parels lopen
en het geweten bijt bloeddorstig in mijn strot
en zuigt me leeg tot een skelet, tot op het bot.
© Koos 1-8-2005