Zomer.
De zomer die wij zo begeren,
Is weer bij ieder op bezoek.
We tooien ons in zomerkleren,
Verpozen ons in korte broek.
Wij ontbloten rug en buik.
Zo nu en dan een zomerbuitje
Dat is goed voor gras en struik,
Tegen kou een zomertruitje.
Je zult mij niet klagen horen.
Ik geniet van chips en glaasje.
Opstaan bij het ochtendgloren,
Zie je konijnen en een haasje.
Zomerkoren, zomerlook,
De zomerrogge in het verschiet.
De N.S. zomerdienst draait ook,
Ik wed dat iedereen geniet.
De kastelein kan het amper aan,
De obers lopen, snellen, draven
Met het vloeibaar goudgeel graan,
Om de dorstige te laven.
Een vakantie is dan regel,
Zomerkaarten dus versturen,
Wel voorzien van zomerzegel,
Van mij mag het nog wel duren.
09- ’04
Auteur: neznaj | ||
Gecontroleerd door: bieke | ||
Gepubliceerd op: 20 juli 2005 | ||
Thema's: |