.
De klaroen meldt bezoek bij de zuidelijke schildwacht :
een onbekende carrosse zonder militaire insignes.
De koetsier vraagt permis voor de gezant die hij bracht
Na inspectie verordent de sécurité de ingangsconsignes.
De bezoekster stijgt uit bij de kantineluifel,
wat de piotten-met-karwei uitgelaten stemt.
Roxane herkent plots de musketierkazuivel
van Christian die uit de verte komt toegesneld.
Hij ontvangt bouleversé haar zoen op zijn mond
en zij uit met verrukking haar begerig verlangen.
“Och liefste, je beviel me … zo knap … zo blond
maar je brak pas mijn hart met je liefdesgezangen.”
(wordt vervolgd)
.