Starend naar de sterren ver van mij vandaan,
Zie ik boven me de stralende maan…
Vanuit mijn donkere cel bewonder ik hem iedere nacht weer,
Hopend en biddend dat ik snel hier weg mag, want dit wil ik niet meer..
Lange dagen, en lange kille nachten vol eenzaamheid,
Wanneer word ik uit deze hel bevrijd..
Altijd denkend, dromend van de dag dat ik hier de poort uitloop,
Weg van alle muren, alle hekken en die brede sloot dat is wat ik wens en hoop..
Wanneer dat zal wel blijken,
Maar ik moet sterk zijn, want dan zal ik het ooit bereiken..
Langzaam word ik harder en kan niets me zomaar breken,
Want een ding is zeker, ooit krijg ik mijn vrijheid terug, al duurt dat nog weken..