Lege velden in volle glorie.
Regen in de nacht van zomer.
Dansen op het ritme van leven.
Zingen op de tekst van dwaasheid, eigenheid.
Verdwijnen in de dag van licht.
Lopen op het ritme van woede,
brullen op de tekst van egocentrisme.
Vervormen tot de waarheid van het leven.
Samensmelten naar de persoon: Ik.