Als ik zie, zon of maan,
die ver weg aan de hemel staan.
Met sterren licht in de donkere lucht
en je voelt de wind die zachtjes zucht.
Op avonden als de horizon rood kleurt,
weet ik dat het met mij is gebeurt.
Dan droom ik weg over verre zeeën,
waar ik ons samen zie, met z’n tweeën.
Onder palmbomen en in wit zand,
zwemmend en rood verbrand.
Zittend aan de vloedlijn.
Gewoon, alleen, samenzijn.
Kijkend naar zon of maan,
die ver weg aan de hemel staan.