Ik genoot ervan
van elk moment samen
als suprgoede vrienden,
net als het eerste zonnestraaltje
die op grauwe dagen extra energie geeft.
van de warmte die je bloedrode hartje uitstraalde
telkens je het weer opende voor mij.
Met elke oprechte blik die we uitwisselden,
met elke zin die diende om elkaar te helpen,
vlochten we een web van spinsels.
Dat web hing dag na dag tussen ons beide,
waarin tal van herinneringen vastzaten,
niet meer van plan om zich uit ons web los te trekken.
Toen kwam echter langzaam een dag,
waarop de stilte viel in m'n hoofd.
In dat stille plekje, geen doods of feestelijk plekje
bewaarde ik in alle zorg
mijn gedachten in een doosje.
Meer dan eens bracht ik onzeker mijn doosje mee
stiekem, want niemand merkte het op.
Ons sterke web, hing er nog steeds,
ik was er klaar voor, en opende alleen voor jou
mijn doosje voor je blauwe oogjes.
Alle gedachten fladderden bij het openen,
als miljoenen vlindertjes in je gezicht.
Op dat moment wist je,
hoe immens veel ik van je hield.
Weken verstreken, ons web zit vol gaten,
de stilte blijft mateloos hangen,
maar je kwetste me niet,
mijn leventje kende momenten als een sprookje,
mijn doosje vol gedachten is daarmee gevuld.
Een ding is zeker,
liefde is vlijmscherp en vriendschap is zacht
dat onthoud ik zeker
want het ene heeft mijn hartje gedood.