Er was eens een aapje
dat hing en ging,
het hong aan de gong.
Maar waar komt het aapje nu vandaan?
Hij neemt nog een hapje van zijn maanbanaan.
- - - - - - - - - -
Vader aap en moeder aap
namen tegelijk dezelfde raap.
Vader aap zei: “Wat een vrouw!”
moeder aap zei: “Wat een man,
wil je met me trouwen dan?”
Ze trouwden samen weltevree,
maar wilden ze kinderen, ja of nee?
Ze gingen in bad,
ze gingen in bed (!)
en zo werd het leven van het aapje gered.
Een hele tijd later was het daar,
met mooie ogen en heel wat haar.
- - - - - - - - - -
Daar komen aapjes dus vandaan,
smullend van hun maanbanaan.
Aapjes komen,
apen gaan,
maar mijn klein aapje zal blijven bestaan.
Er was eens een aapje
dat hing en ging,
het hong aan de gong.