Ik voel het kokendhete bloed
door mijn aderen stromen
het voelt goed
maar slecht tegelijk
mijn aderen zijn veel te koud
voor dat kokendhete bloed
ze barsten
ze spatten uiteen
ze kunnen er niet tegen
tegen het warme gevoel
het warme gevoel van liefde
onder mijn vel
mijn doorzichtige vel
kan ik de blauwe aderen
rood en bloederig zien worden
mijn vel word gespannen
ik voel het trekken
tot het los scheurt
een lange diepe scheur
van het topje van mijn middelvinger
tot het hoogste puntje van mijn schouder
bloederig uitteen gespatte aderen
ik zie ze zitten
ik laat mijn vinger over een van de aderen heen gaan
dat een rode streep op mijn vinger achterlaat
het puntje van mijn tong laat ik
over mijn wijsvinger glijden
en proef de bittere smaak van mijn bloed
het rode drap
dat uit mijn aderen is gespat
de damp vliegt eraf
kokendheet is het nog
ik verbrand mijn tong
maar dat voel ik niet
ik proef alleen de brandsmaak van vuur
het vuur waar het bloed de benzine was
mijn tong is aan het fikken
ik doe snel mijn mond dicht
om het vuur te doven
als ik mijn mond weer heb geopend
zie ik dat het zwart geblakerd is
het vlees van mijn tong is gebraden
alsof op een barbeque
maar de ijzeren spalen
moesten dan mijn bloederige tanden voorstellen
te lang gebraden, dat wel
het vlees is verbrand
koolstofdioxide laat het achter
zwart poeder ligt op de bodem van mijn mond
dat ooit mijn tong is geweest
ik laat het as vallen in een potje
en doe snel de deksel erop
hij protesteerd als ik op het glas tik
met mijn scherpe nagels
het as vormt een duiveltje
en het schreeuwt naar me
het wil eruit
maar nee, ik laat het niet los
ik laat het stikken
het kwade in mij
mijn eigen tong van as
ik laat het dood gaan
en het hoeft nooit meer terug te komen
woorden kan ik niet meer spreken
een onhoorbaar, onverstaanbaar
vies geborrel hoor je
mijn mond doe ik niet meer open
geen woord hoef ik meer te zeggen
lekker rustig
voor de mensen om me heen
nooit meer een woord vertel ik
nooit meer zal dat gebeuren
ik houd mijn mond dicht
ook voedsel hoef ik niet
ik leef op de brandsmaak
die nog steeds in m'n mond rondspookt
het is het kwade
het kwade in mij
het kwade wat blijft zitten voor eeuwig
doorslikken kan ik niet
daar is mijn strot te droog voor
en mijn keel kan dat niet aan
het zou afsterven van het kwade
ik zou stikken alsof ik verdrinken
verdrinken in het kwade
mijn hart staat dan stil
wat eigenlijk allang gebeurd was
als dit geen fictie was
maar wees niet bang
de geesten passen wel op me
de demonen slapen wel op mijn graf
en de duivel zit op een grafsteen
waar mijn naam op staat
en ook hij waakt over me
wees maar gerust
ik ben in kwade handen...