Wie weet dacht Gilbert Moens, aan het eerste gebod
Bij het scheppen en maken van deze kleikop
En zei hij tot zichzelf toen ik bemin maar één God
Maar hier op aarde staat Jeannine bovenop
Zo doen mensen niet dagelijks hun masker af
Waarbij ze elkaar vreemd aankijkend voorbijgaan
Als niet kennend en dan toch kennend achteraf
Alsof zij alleen tellen in dit aartsbestaan
Maar als ze dan plots toch hun masker eens afdoen
Dan zien zij die elkaar kennen nog vreemder toe
Want opeens ziet men dan geen of te veel fatsoen
En leugens maken het de waarheid toch zo moe
Zo zie ik als hoogste wijsheid het nabestaan
Slechts overleven als ze zich overgeven
Aan die ene goddelijke macht bovenaan
Die steeds bereid is om zonden te vergeven