De boom
Het is tijd, ik moet kwijt
innerspinsels uit mijn diepste ziel
uit het hart, hard
zie mij als een boom, trots, pracht
maar oud, de kern reeds zacht
de rot niet meer te stoppen?
Door asfalt aangetast,
geen bos meer om mij heen,
althans, ik zie er geen
sta aan de stadsparkrand
ik vecht, mijn, mijn omgeving,
de beleving is echt.
Ik kan er wel mee leven
zal het er niet om opgeven
Mijn vreugd is eerlijk,
heerlijk nu en dan,
doch mist mijn bloedend hart.
oud bloed, bijna zwart.