Ik droom ’s nachts over jou.
Je weet dat ik nog steeds van je hou.
Je speelt een gevaarlijk spel, met mij als inzet.
Mijn hart kan dit niet aan.
Jouw kussen zijn niet waar.
Jij maakt mijn leven zwaar.
Jij bent een egoist.
Jij verzon een list.
Ik , dom als ik ben, met open ogen tuinde ik erin.
Wat had het voor zin?
Ik was slechts een pion in jouw spel.
Het spel dat je winnen zou.
Jij hebt verloren , omdat je hart vol wraak zit.
Ik voel me verstrikt in jouw web,die jij gesponnen hebt.
En ik weet ik ben nu aan zet.
Maar er is iets wat mij belet.
Ik wil voor je zorgen,
Elke morgen.
Ik wil een kind van jou.
Een kind dat geboren wordt in de morgendauw