Verdriet 2.
Voor het laatst kijk ik naar je.
Een traan in mijn oog.
We missen je.
Niemand houd het droog.
Langzaam sluit je kist.
Word je naar beneden gelaten.
Ik weet dat ze je mist.
Waarom moest jij ons nou zo nodig verlaten.
Ik kniel naast je graf neer.
En barst in tranen uit.
Waarom doe je ons zo zeer.
Ik voel me nutteloos, een uitgewassen kluit.
Wat heb ik fout gedaan.
Waarom onderschepte god jou leven.
Wat is er mis gegaan.
Waarom heb je je lijden niet aan mij gegeven.
Hoezo moest er iemand sterven die ik kon vertrouwen.
Wat was de fout.
Hoezo iemand van wie ik altijd heb gehou’en.
Ineens word het ijskoud.
Robin is in een shok.
Ik haat mezelf.
In mijn keel voel ik een enorme brok.
Langzaam zoek ik opnieuw een nieuw leven..zonder effect..altijd verdelf.
Ik wil tegen je praten.
Zeggen dat ik van je hou.
Ik mezelf haatte.
Zeggen dat ik zelf dood wou.
Maar niet nu..niet hier.
Waar al die mensen bij zijn.
In de verte zie ik een gier.
Zonder jou voel ik me opeens klein.
Zonder jou heb ik geen leven.
Zonder jou gen liefde.
Waarom kende k je zolang...niet pas heel even.
Waarom deed je me zo’n verdriet.
Uren zat ik naast je graf.
Minutenlang dacht k na.
Ik gaf mezelf de schuld dus ook een straf.
Hoezo waarom wat is het waard dat ik besta.
De volgende morgen vonden ze mijn lichaam.
Dood, liggend op jou graf.
Het meisje met de naam..
Zelfmoord was mijn straf.
Ik werd opgemaakt in een zwart kist.
Dat wilde ik heel graag.
Robin was degene die dat wist.
De begravenis ging traag.
Maar mij kon dat niets schelen..
Dood was ik toch al.
Alleen Robin had mij niet meer om haal geheimen te delen.
Ze zakte weg..kwam terecht in een diepe dal.
Waar ze ons samen zag.
Gelukkig en blij zag ze ons samen.
Dat ik nu onder de grond lag,
Hoefde niet te betekenen voor me dat k ongelukkig ben.
Robin vond haar rust.
Was ze depri dacht ze even aan ik en jij.
En ze was ervan bewust.
Dat hoe het nu was ik gelukkig was en blij.