het witte paard
draaft in het wild
tussen aarde
lucht
en water
de zon zoekt in het stille terug
naar een uitgedooft plaatsje
en waar het lange gras zich laat voelen
en de wind met mijn zijden jurkje speelt
waar het zand zich bewust laat vloeien
tussen tien tenen heen
daar fluisterde een ster vannacht
jouw manen waren strelend zacht