Ik voel je en ik hoor je,
Maar zien kan ik je niet,
Dat doet me veel verdriet.Ik weet dat je niet leef, maar je bent toch hier.
Dat merk ik elke nacht, als je met de wind mee gier.
Ik voel een ijzige kou en hoor gelijkmatige voetstappen in het legen huis.
Van jongsafaan wist ik het, hier is iets niet pluis.
Nu ben ik er aan gewent, en ben ik niet meer zo geschrokken,
Ik ben uiteindelijk blij dat ik hier niemand bij heb betrokken.
Maar altijd zullen ze blijven, de eeuwige voetstappen op de gang,
Maar hoe hard je zult proberen, mij krijg je niet meer bang.