DE DROOM DIE GEEN BEDROG IS
Ik droomde eens en zie ik liep aan't strand bij lage tij. Ik was daar niet alleen, want ook de Heer liep aan mijn zij.
We liepen saam het leven door en lieten in het zand een spoor van stappen twee aan twee, ik liep aan 's Heeren hand.
Ik stopte en keek achter mij en zag mijn levensloop.
In tijden van geluk en vreugd, van diepe smart en hoop.
Maar als ik goed het spoor bekeek zag ik langs heel de baan.
Daar waar het juist het moeilijkst was maar één paar stappen staan.
Ik zei toen Heer waarom dan toch juist toen'k U nodig had. Juist toen ik zelf geen uitkomst zag op't zwaarste deel van't pad.
De Heer keek toen vol liefd mij aan en antwoorde op mijn vragen.
Mijn lieve kind toen't moeilijk was, toen heb Ik jouw gedragen.