Verlangend zweefden mijn dromen
met witte wolken mee
op weg naar een plek waar ze graag zouden komen
maar plotseling stortten ze neer in de zee.
Als wilde vogels, m'n dromen
gedragen door de westenwind
in een storm terecht gekomen
hun vleugels gebroken, hun ogen verblind.
Op verlaten stranden liggen m'n dromen
verjaagd door de storm, weggespoeld door de zee.
Toen is uit de verte een Redder gekomen
met sterke vleugels neemt Hij ze mee
dwars door de stormen en over de zee.
Als hoge wolken zweven mijn dromen
als arenden op de thermiek van de wind
Hij heeft ze onder Zijn vlerken genomen,
veilig en vredig voor eeuwig bemind.