Toekomstsprookje ( Deel 2 )
Levensdeelklok
7
Wat ik er mij nog van herinneren kan,…
is dit een heel gevaarlijk ding.
Kijk, volgens mij is dit de dripchips ervan,
de gebruiksaanwijzing, hoe het in zijn werk ging.
8
En vader plaatste de dripchips in zijn oor.
Kun je al wat zien Pa, vroeg Tiess.
Ik weet, zei vader, nu met zekerheid waarvoor
het gebruikt werd, en zie het op mijn netvlies.
9
Dit is een zeer gevaarlijk apparaat.
Het gaat om jaren ontvangen en geven.
En zoals het hier op deze knoppen staat
gaat de één ouder en de ander jonger leven.
10
O, pa laten we dat doen en uitproberen.
We draaien aan de knop.....heel kort.
Dan kunnen we nog iets van elkaar leren,
en zien we dat ik ouder en jij jonger wordt.
11
Daar komt niets van in mijn jongen.
Veel te gevaarlijk voor het mensenras.
Want er beweren nu nog enkele tongen
dat het één van de domste uitvindingen was.
12
Maar kleine Tiess bleef alsmaar zeuren.
Zo van: we worden nu al gemiddeld 300 jaar.
En wat kan er nu eigenlijk gebeuren?
We blijven toch met z'n tweetjes bij elkaar?
willemmien
Auteur: lommert | ||
Gecontroleerd door: christina | ||
Gepubliceerd op: 20 maart 2004 | ||
Thema's: |