Lieve Rotterdammer,
Zomaar ineens kwam jij in mijn leven
zonder vooraf een waarschuwing te hebben gegeven
was jij daar...en je sprak mij aan.
Je maakte mij aan het lachen,
ik genoot, en ik liet je begaan.
Ik kon eindelijk weer eens mijzelf zijn.
Jouw woorden, jouw muziek...
het voelde allemaal zo fijn!
Hoe komt het dat jij mij raakt ?
Dat jij mij met kleine dingetjes
heel erg gelukkig maakt ?
We praten aan de telefoon,
tot diep in de nacht,
en geen van tweeen die
wat van de ander verwacht.
Ik denk er niet over na, ik wil het niet...
Want nog altijd is er de angst
van na de vreugde weer dat verdriet.
We zijn allebei beschadigd,
littekens voor het leven,
maar we zijn nu twee mensen
die elkaar wat vreugde kunnen geven.
Jij maakt mij aan het lachen,
en dat voelt erg fijn....
ik hoop dat wij er nog heel lang
voor elkaar mogen zijn.