Je hebt mij iets heel vreemds laten zien,
iets wat ik nog nooit gezien had voordien.
Je liet mij immers voelen,
dat de warmte in onze harten nooit zou afkoelen.
Jij was de enige die mij dit gevoel kon geven,
ook de enige waardoor ik nog zin had om te leven.
Voor ons was geen zee te diep, geen berg te hoog,
had ik nu maar geweten dat je loog...
Ik zou alles hebben gedaan voor jou,
waarom laat je mij hier nu staan, zo eenzaam in de kou.
Je toonde mij na de mooiste momenten uit mijn leven, de pijn,
de pijn omdat je niet meer bij mij wil zijn.