O gij scone regenvrouwe
schitterend in de dauw
van vredesmorgen
Slechts met onsterfelijke dromen
kan men een
neerdwarrelende vlok
van uw waarheid
omvatten
beschrijven
niet met woorden
die het mensenvolk
aangeleerd zijn
en wee mij
sprakeloze sterveling
O ver verheven zonneheer
met 't bliksemend
schroeiende zwaard
Gij zijt
pas in 't heetst
van de strijd
nabij
in de harten der helden
Strijdwoede is uw ros
en bloedbevlekt is uw banier
doodskreten uw bazuingeschal
de dood uw heraut
en allen zullen beven
Maar wanneer gij huiskeert
en uw vrouwe neemt u
bij uw hand
ja, dan valt uw vesting
en uw wanhopige verzet
smelt om
in
allesverzengende
liefde