Ik kan niet leven
zonder aan jou te denken,
met niks om je te geven,
geen vreugde om te schenken.
In het verdriet waarin je leeft,
-al die zorgen die je baart
met de tijd die een web weeft,
strakker elke maart-
probeer ik jou iets tegeven,
wat de pijn zal verzachten,
waarmee je weer kan leven,
ik weer de kans heb om te wachten.
Tot op dat ene moment,
dat jij voor altijd bij mij bent,
waarop ik zal wachten,
tot het wachten went...