ZIJN NAAM WAS MESACH
Oh zo teer en breekbaar
lag hij bij haar op het bed
net zolang als zij het wilde
was hij bij haar neergelegd
Oh wat was zij aan het wenen
aaide zacht steeds met haar hand
over haar doodgeboren kindje
waar zij zo mee was verwant
Nooit zag ik iemand zoveel huilen
zoveel tranen zag ik ooit
in en in wanhopig
dit verdriet, zo zag ik het nooit
Het manneke lag tussen haar benen
het was nog veel te klein
zij kon het niet bevatten
het leek van porselein
De vader droeg het kistje
van 40 centimeter klein
we zijn hem haan begraven
wat achterbleef was pijn
Wij konden haar niet niet troosten
de pijn zat heel erg diep
ik gaf mijn schouder en een kus
de moeder was mijn jongste zus
Opgedragen aan mijn zus Yvonne
die haar jongste kindje 6 jaar geleden verloor
Jannie