Het kind
Het kleine meisje,
getuige van zoveel verdriet
en ruzie's
steeds vrolijk lachend
op de momenten dat het moest,
vechtend,
nog niet goed beseffend waar tegen.
op zoek naar warmte
en genegenheid.
Het kind,
verdrietig, verward, bang
Een jonge meid,
ogen vol tranen,
het lachen vergaan
elk plekje in haar lichaam
betast door handen
die er niet thuis hoorde
elk plekje van haar hart.
Doorgeprikt door woorden van afkeer,
de lucht bel van haar leven
is uiteen gespat.
op zoek naar begrip,
en bescherming.
Het kind
bedrogen, verraden, vernederd
Een volwassen vrouw,
geen weg wetende met haar gevoelens.
Vol wanhoop en haat
Teleurgesteld in het leven,
in zichzelf.
met een kapotte luchtbel,
maar met een rugzak vol herinneringen,
bang om die volledig te openen,
schrik om alles opnieuw te beleven.
op zoek naar zichzelf,
Het kind,
uitgeblust, moegevochten, leeg.