starend kijk ik voor mij uit
dromerig als wat
het liefst was ik nu een berenhuid
of een frietpattat
nog steeds denk ik aan niets
aan niets dat komt of gaat
binnen staat een oude fiets
en buiten staat de vaat
ik weet niet hoe jij je voelt
of wat er je bezielt
hoe hard de frigo ook koelt
ik weet dat je van mij hield
ik wou dat ik me er bij neer kon leggen
ik wist niet wat ik had
bij nader bekijken wil ik zeggen
ik voel mij toch niet gelijk een frietpattat