GEEN BEWEGING MEER
Hij lag daar, in zijn houten pyama
met in zijn hand een rozenkrans
met dunne knokige vingers
was altijd heel wat mans
Nu ligt hij stil en strak te wezen
geen beweging meer te zien
zijn ogen nu gesloten
tot bij ons wederzien
Zijn aardse kleed is afgelegd
zijn lichaam wordt begraven
hij heeft een houten pyama aan
straks wordt hij weggedragen
Ik groet hem voor de laatste keer
Ik fluister zachtjes bij zijn kist
en wens hem goede reis,
en leg een witte roos nu neer
hij was een realist...
J. Hoogendam
1-11-2003