De maan is een visser
op de zeeën van de nacht.
De maan is een sisser,
haar stralen blussen zacht.
Zoals de maan de golven laat dansen
op het tij van eb en vloed
zo opent zij steeds nieuwe kansen
voor de liefde in het bloed.
De maan is een vlegel
die stiekem tranen lacht.
De maan is een zegel
van ongewisse macht.
Als je dwaalt in donker lijden
dat je beklemt en verdriet
zal de maan je begeleiden
tot je hoopvol uitweg ziet.
De maan is hemels kleinood
in het oneindige heelal.
De maan is helder peillood
voor al het aards verval.
De maan is een bron van vrede
en voedt het dierlijk instinct
ook van de mens die met rede
in deze woorden weerklinkt.
De maan is een visser
op de zeeën van de nacht.
De maan is een gisser
haar twijfel verleent ons kracht.