Vlucht weg
het monster heeft je te pakken.
Het vroeg niet om vergiffenis,
neen, het vroeg om je waardigheid.
Je laatste beetje hoop.
Vlucht nou maar weg
als je voeten je toch willen heenbrengen,
ze voelen als lood
dat had ik al door.
Je kon het zien aan de manier waarmee
je ogen dichtsloegen.
Vlucht nu maar weg
ze willen jou niet meer onder hun hoede
ze willen jou niet meer in hun huis.
Raar toch vind je zelf niet?
Het monster is uit jou gekropen
en stil maar vlug in hen onstaan.