In een van de zeven zeeën.
Ligt een schat bewaakt door een stel feeën.
Als ik de schat wil veroveren.
Gaan de feeën toveren.
Ik als een tiran.
Heb altijd een plan.
Eerst op zoek naar de kaart.
Die in het bezit is van een man met een lange baard.
Bij de man aangekomen.
Heb ik met mijn zwaard de kaart ingenomen.
De juiste mannen bij elkaar gezocht.
Kan de reis beginnen in deze onbekende tocht.
Bij de schat waren we al snel.
Maar die feeën maakte het voor ons een hel.
Totdat ik een spiegel trok.
Gingen de feeën al snel terug naar hun hok.
Inmiddels teruggekomen met de schat.
Vierde wij de overwinning met het beste wijnvat.