het fluisteren
tussen het zijn
van mijn voortbestaan,
slaat heel
mijn gevoel aan gruzelementen.
onverstaan en onovertroffen,
deze bitterheid,
dit verschil tussen kroon
en de kilte van een ster
is diep doorgronderlijk echt
het licht van mijn bestaan
is enkel een vreemde gouden gloed
in een wondervolle wisseling
van het licht en donker