Ik wil hard tegenover jou zijn, maar telkens als ik jou weer zie smelt mijn hart weer voor je weg
Ik sta recht op, kin om hoog. maar 't heeft geen zin, maakt geen verschil in hoe ik doe of wat ik zeg.
mijn liefde voor jou, die ik opspaar op m'n rug, groeit alleen nog maar.
maar vrees niet, op een dag valt 't af, dan is de liefde voor jou veel te zwaar.
Pas dan zal ik mijn levenspad sterk vrolijk en alleen, dus zonder jou, verder kunnen gaan.
want momenteel ben ik te zwak, zonder jou zou 8ik niet op mijn eigen benen kunen blijven staan.
ik leef me uit, elke dag opnieuw, streef ik naar die ene zonsopgang, vanaf dan ga ik mijn eigen leven leiden.
Vanaf dan ben je uit m'n gedachten, vanaf die ochtend ga ik je uit m'n hoofd bevrijden.
Ik laat he dan met rust, maar je loopt nu nog dagen vrolijk rond in mijn gedachten.
Ik zit nog vaak terug te denken aan de leuke momenten, aan de tijd dat we samen lachten.
Hoe vaker ik eraan terug denk, hoe lang deze dagen ook duren, het doet me pijn.
Met zo'n herinnering heb ik geen klap, ik ben alleen, waar dan ook, kan niet meer samen met jou zijn.
ik weet nu hoe het is, wat ellendige pijn is, om een liefde te laten lopen.
Dat je zó op een persoon leeft, dat 'ie in één klap al je gedachtes kan slopen.
Dit gedicht is als afscheid, afronding, als een verhaal in een fles, wat jij nooit te zien zal krijgen.
al mijn liefde voor jou, mijn eenzame gevoelens en alles wat er in mij leeft, ik ga 't voor jou verzwijgen.
Want door jou waren al mijn gedachtes, en al mijn geluk, in één klap eenzaam en alleen.
Vanaf nu ga ik 't proberen, zonder jou in mijn gedachtes, vrolijk wandelend over mijn levenspad heen.....
19 juni 2003