Zomer is neergestreken.
Onbevangen en stil,
zoals het hoort.
Een zachte deken van warme gloed,
krult zich over knoppen en bloesems.
Gretig en gulzig, reikhalzend naar de koperen stroom.
En kwistig nu, met groen en blad.
Voldaan en stralend,
zoals het hoort.
Zomer is hier maar even.
Winter is even vergeten.