Verstoten door haar gekwetste ziel, verweesd van alle have en goed
achtergelaten door oude kameraden, ja zelfs in koelen bloede verraden
zoekt ze koortsachtig naar die broodnodige portie nieuwe moed
Ze heeft genoeg van de talloze zelfverklaarde heldendaden
Ze sluit zich op in wat nog rest, niets kan die bittere pijn verbijten
In de onbereikbare verte kondigt zich een dreigend onweer aan
Na verloop van tijd dwingt ze de krachtigste muizenissen wel te slijten
Alleen zij kan de bodemloze taal van donder en bliksem verstaan
Ontelbare regendruppels maskeren haar immens verdriet
Verscholen op een behaaglijke plek,terwijl de harde wind maar door raast
Onhoorbaar schreeuwt ze het uit,niemand die haar zo kwetsbaar ziet
Al lijkt het wel alsof de storm die oude gevoelens wat wegblaast