Jij bent voor mij goud,
Ik weet niet of jij van mij houd.
Ik was een tijdje naar je op zoek,
Nadat ik jou eindelijk weer eens zag,
en onze ogen elkaar kruisten.
Zei een stemmetje dat het niet kon,
en dat bleef maar suizen.
Heel even had ik weer hoop,
toen jij weer in mijn ogen opdook.
Nu denk ik: laat ik het maar vergeten,
het kan toch niks worden,
en dat had ik vanaf het begin moeten weten.
Toch... als ik jou zie begint mijn hart te gloeien,
soms ben ik wanhopig,
en begint dat stemmetje weer te loeien
Jij ziet niks in mij en dat moet ik accepteren
Ik moet je vergeten,
over een tijdje
is de verliefdheid toch weer versleten.