Op de bodem van een oude vijver
Leefden larven die niet konden begrijpen
Waarom niemand uit hun groep ooit terug kwam
Nadat ze waren opgekropen tegen de stengels
Van de lelies die op het water dreven
Zij beloofden elkaar dat de volgende
Die werd geroepen om de klim naar boven te maken
Terug zou komen om te vertellen
Wat er met hem was gebeurd
Al gauw voelde één van hen de innerlijke drang
Om het oppervlak op te zoeken
Hij rustte boven op een lelieblad uit
En onderging een glorieuze verandering
Die van hem een libel met prachtige vleugels maakte
Tevergeefs probeerde hij zijn belofte te houden
Terwijl hij heen en weer vloog over de vijver
Gluurde hij naar zijn vrienden daar beneden.
Toen begreep hij
Dat zelfs als zij hem konden zien
Zij zo'n prachtig schepsel nooit zouden herkennen
Als een van de hunnen
Het feit dat wij onze vrienden niet kunnen zien
Of contact met hen kunnen hebben
Na de verandering die wij de dood noemen
Is geen bewijs dat zij niet langer bestaan.