’s Morgens
De trein raast voorbij
De grond trilt
Ik wacht
De trein stopt
Nestel me tussen hoofden en zwarte pakken
Denk aan wat er zou gebeuren
Moest die alledaagse trein van zijn spoor afwijken
Het lijkt onmogelijk
En al gauw denk ik er niet meer aan
’s Avonds
op weg naar huis
weer met dezelfde doodnormale trein
zittend bij allerlei vreemde wezens
elk met hun eigen gedachten
aan wat denken ze?
vraag me af waarom ik net dit traject afleg
waarom ik geen ander spoor kies
maar weer lijkt dit onbespreekbaar
En al gauw vervaagt de gedachte
’s Anderendaags
net een heen ticket gekocht
de trein raast voorbij
deze keer wacht ik niet