een ster en een maan
zouden eens gaan schijnen
hier ergens ver vandaan
ze zouden scijnen, overal, en daar
ook op onzin plekken, waar niemand 't ziet
gewoon, als een simpel gebaar.
een gebaar voor elkaar bestemt
als moed en kracht
in de hoop, dan de ander het niet kent.
de bedoeling was heel onbewust
als lieftalligheid getoont
maar bleek op vraak berust
vraak, uit jalouzie en realiteit
allemaal opgestapelt, na elkaar
allemaal stuk voor stuk, opgestapeld en voorbereid.
op een dag zal het overgaan
en zou ééntje het opgeven
om daarna, ongearmt weer op te staan.
alles leek op het begin onschuldig te zijn
maar 't bleek achteraf
méér dan alleen maar schone schijn...
30 oktober 2002