Gewassen en geschoren, de kam
gehaald door het al grijzend haar,
met heel veel haarlak overspoten,
zo automatisch dat gebaar.
De spiegel die hem steeds vertelde:
"het is niet meer die moeite waard."
Zijn ogen wat teneergeslagen,
niet meer dat felle van weleer
roep om vertwijfeling en vragen:
"Ben ik nog steeds een oude heer?"
De spiegel boven het fonteintje
laat telkens zien wie je echt bent,
het kon hem dus geen moer meer schelen,
voor zijn gevoel een knappe vent.