Gelukkig ben ik opgevoed
En heb ik een doorzettersgen
Mijn rare gemoed
Heeft geen invloed op wie ik ben.
Ik vermoord ze iedere dag, de stemmen in mijn hoofd.
Weerwoord hebben ze nooit.
Het lot heeft mij anders gemaakt dan wat je gelooft.
Ik ben niet gebroken, ik ben sterker dan ooit.
Welke andere keus heb je dan te vechten?
Als je overleven wilt?
In een (innerlijk) land zonder waarheid en rechten
Is iedere traan verspilt.
En ik weet dat ze nog steeds jaloers zijn,
Zowel de stemmen als mijn vijanden daarbuiten
Ik weet dat ze me willen vullen met venijn
Maar ik zal mijn verdriet nooit uiten.
Groene ogen met grote pupillen die je doorboren
Ergens in de mist van lang geleden
Ging mijn onschuld en mijn naïviteit verloren
Ik heb nou eenmaal een verleden.